Uniforme normen en specificaties moeten ervoor zorgen dat lidstaten wallets kunnen ontwikkelen die interoperabel zijn en in de hele EU worden geaccepteerd. Tegelijkertijd worden zo persoonlijke gegevens en privacy beschermd. Met het besluit kunnen lidstaten aan de slag om hun eigen wallets te ontwikkelen, die vanaf eind 2026 gebruikt mogen worden.
Vijf uitvoeringsverordeningen
In totaal heeft de Europese Commissie vijf uitvoeringsverordeningen vastgesteld, valt op te maken uit het persbericht van de EC. Vier uitvoeringsverordeningen bevatten uniforme normen, specificaties en procedures voor de technische functies van de wallets. Hierbij gaat het onder meer om gegevensformats die vereist zijn voor het grensoverschrijdende gebruik van digitale documenten en maatregelen om de betrouwbaarheid en veiligheid van de wallets te waarborgen. Gegevens moeten bijvoorbeeld lokaal worden opgeslagen in de wallet en gebruikers hebben controle over welke informatie ze delen. Er vindt geen tracking of profilering in het ontwerp van portemonnees plaats. Verder wordt een privacydashboard ingebouwd, dat inzicht geeft in hoe en met wie informatie uit de wallet wordt gedeeld.
In de vijfde uitvoeringsverordening worden specificaties en procedures vastgesteld om een robuust kader te bieden voor de certificering van de eID-wallets, zodat deze veilig zijn en de privacy en persoonsgegevens van gebruikers worden beschermd.
Betrouwbaar en veilig identificeren
De (eID) wallets kunnen worden gebruikt door zowel particulieren als organisaties en bedrijven om zich op een universele, betrouwbare en veilige manier te identificeren wanneer zij toegang willen hebben tot openbare en particuliere diensten over de landsgrenzen. Denk bijvoorbeeld aan het openen van een bankrekening, het bewijzen van iemands leeftijd, het vernieuwen van medische recepten, het huren van een auto of het weergeven van vliegtickets.